2000

JAN VAN STEFFESWERT, EEN MAASTRICHTSE BEELDHOUWER ?

H.G.M.Rutten


Reeds enkele tientallen jaren staat het werk van de laat-middeleeuwse beeldhouwer Jan van Steffeswert zeer in de belangstelling. Zijn werk getuigt van groot vakmanschap en bovendien is hij ook als persoon een zeer interessant figuur. Van slechts weinig kunstenaars uit zijn tijd is de naam bekend. Jan van Steffeswert maakt het ons niet moeilijk.

Prominent vermeldt hij zijn naam, meestal vooraan op de sokkel van de kunstwerken en vaak voorzien van een jaartal en zijn meesterteken (een horizontaal gedeelde driehoek, voorzien van een kruis en een sterretje). Een dergelijk zelfbewustzijn heeft voor sommigen zelfs aanleiding gegeven tot de veronderstelling dat het kleine kopje in de achterkant van het Christoffelbeeld uit de O.L. Vrouwebasiliek van Maastricht een zelfportret zou kunnen zijn (1).

Vanzelfsprekend heeft men de naam Jan van Steffeswert in verband gebracht met Stevensweert. Deze plaats werd in de Middeleeuwen immers ook zo genoemd, waarbij nog diverse varianten aangehaald kunnen worden als Weerde, Werde, Sint Steffenswert e.d.

De kunstenaar gebruikt dezelfde varianten wanneer hij zijn beelden signeert. Bekend zijn de volgende “handtekeningen”: IAN VAN STEFFESWERT, IAN VAN STEFFENSWERTH, IAN VA(N) WEERD, nogmaals (I)AN VAN WEERD, IAN BIELDESNIDER, IAN BIELDESNIDER VAN WEERD, en nog zo’n zes maal kortweg de naam IAN.

Een en ander gaf aanleiding om te veronderstellen dat de kunstenaar in Stevensweert geboren moest zijn. Helaas, het bewijs is tot op heden niet geleverd. De eerste vermeldingen van doop, huwelijk en overlijden door de plaatselijke pastoors dateren pas van rond 1638, ruim 150 jaar na de vermoedelijke geboortedatum van Jan van Steffeswert.

Een ander hulpmiddel om de geboorteplaats van de beeldhouwer te bepalen, is te kijken naar het verspreidingsgebied van zijn beelden. Reeds in de catalogus van een tentoonstelling ter gelegenheid van de viering van het 700-jarig bestaan van de parochie St. Stephanus te Stevensweert in 1966, werd op een kaartje van Limburg en de aangrenzende regio’s de locaties van de toen bekende beelden aangegeven (2).  
Hoewel Stevensweert binnen het verspreidingsgebied valt, is het toch niet het echte middelpunt.
Ook werd reeds snel de gedachte geopperd dat een beeldhouwer met dergelijke talenten wellicht in een grotere plaats dan Stevensweert gewerkt zal hebben.

Toen vervolgens meerdere beelden werden ontdekt in het zuiden van de provincie Limburg en het aangrenzende Belgische grensgebied, kwam al snel de stad Maastricht in beeld als mogelijke woonplaats van de kunstenaar.
Maastricht: de stad met talrijke kerken en kloosters, kortom een plaats met een grote klantenkring voor beeldhouwers en andere kunstenaars.

Onderzoek in de archieven van Maastricht door archivaris Th. J. van Rensch een tiental jaren geleden maakte wat dit betreft een einde aan alle twijfel: Jan van Steffeswert woonde rond 1500 in Maastricht en had een werkplaats in de Mariastraat, in de buurt van de markt (3).

Na deze ontdekking valt op dat er momenteel steeds meer gesproken wordt over  “de Maastrichtse beeldhouwer Jan van Steffeswert”. Zo was er recent van 11 november t/m 11 februari 2001 een schitterende overzichtstentoonstelling van het werk van Jan van Steffeswert met als titel “De Maastrichtse beeldsnijder Jan van Steffeswert”. De tentoonstelling in het Bonnefantenmuseum te Maastricht werd samengesteld door Peter te Poel, conservator oude kunst van het museum. Bij de tentoonstelling verscheen een eveneens schitterend boekwerk  onder dezelfde naam als de tentoonstelling (4).
 
De vermelding Maastrichtse beeldhouwer doet bij veel Stevensweertenaren vragen rijzen. Waren de mooie tentoonstellingen over de beeldhouwer in 1966 en 1988 te Stevensweert een jammerlijke vergissing? Is het belangrijkste plein van Stevensweert foutief genoemd het “Jan van Steffeswertplein”? Staat er sinds 1983 terecht een aan Jan van Steffeswert gewijd monument op dit plein? Kortom: heeft Stevensweert wel iets te maken met deze kunstenaar?

Naar mijn mening mag de toevoeging “Maastrichtse” terecht gebruikt worden mits deze vermelding dan duidt op de woon- en werkplaats van de kunstenaar gedurende het grootste deel van zijn leven. Het betekent echter niet dat hij daar ook geboren is.
De manier waarop hij zijn naam hanteert, geeft genoeg aanleiding om het kleine Stevensweert nog steeds als zijn geboorteplaats te beschouwen.

In de Middeleeuwen was het voeren van een vaste achternaam nog lang niet gebruikelijk (5). Met name in kleine gemeenschappen kon men gemakkelijk met een voornaam volstaan. Iedereen wist wel wie je met Jan of Piet bedoelde. In een grotere plaats leverde dit systeem natuurlijk moeilijkheden op, er waren immers meerdere “Jannen” en “Pieten” binnen die gemeenschap. Als vanzelf kreeg men behoefte aan een toevoeging. Dat kon bijvoorbeeld zijn de naam van de vader (“Peters”: de zoon van Peter) of de naam van een beroep dat door de naamdrager werd uitgeoefend (bijv. “Timmermans”). Niet zelden werd gekozen voor een herkomstnaam, bijvoorbeeld “Van Aken” of “Van Ool”.
 
Zo is ook de naam Van Steffeswert ontstaan. Men kan zich voorstellen dat een kunstenaar die zich  met zo’n algemeen voorkomende naam als “JAN” in het grote Maastricht gaat vestigen, behoefte heeft aan een nadere aanduiding. Wat ligt dan meer voor de hand dan aan zijn voornaam de naam van de geboorteplaats toe te voegen?
Men kan natuurlijk beweren dat die naam misschien al door zijn vader werd gebruikt en door Jan gewoon is overgenomen. In dat geval mag verondersteld worden dat deze achternaam al tijdens Jans leven “verstard” zou zijn tot één identieke schrijfwijze. De door de kunstenaar gehanteerde signaturen bewijzen dat in elk geval niet. Hij lijkt nog zoekende naar één en dezelfde schrijfwijze, vandaar de gevarieerde manier waarop hij een toevoeging gebruikt. Soms vindt hij dat zelfs nog niet eens nodig en volstaat  kortweg met de naam “IAN”.

Was deze Jan daadwerkelijk in Maastricht geboren, dan ligt het bovendien voor de hand dat hij gekozen zou hebben voor bijvoorbeeld de naam  "Jan van Trigt” (Trigt is een gebruikelijke naam voor deze stad tijdens de Middeleeuwen).

De meest duidelijke aanwijzing geeft echter de signatuur “IAN BIELDESNIDER VAN WEERD” op de Johannes-in-disco (het afgeslagen hoofd van Johannes de Doper op een schotel) uit het Musée de la Vie Wallonne te Luik. Naast het noemen van zijn beroep, geeft hij hier naar mijn mening heel expliciet aan waar hij vandaan komt, namelijk uit “Weerd” (= Stevensweert).  

Wanneer Maastrichtenaren hem dan nu, na de bovengenoemde belangrijke archiefvondsten,  een Maastrichtse beeldhouwer willen noemen, dan blijft er voor ons nog alle aanleiding om hem met evenveel recht ook een Stevensweertse beeldhouwer te noemen.

                                    H.G.M. Rutten


Noten:

1)    “De beeldhouwer Jan van Stevensweert”, bijdrage van prof. dr. J.J.M. Timmers in het boek “Er ligt een eiland in de Maas” door Sangers en Simonis (Echt, 1955)
2)    “Jan van Steffeswert, vroeg 16e eeuws Maaslands beeldhouwer” (1966, tentoonstellingscatalogus)
3)        “Maastrichtse beeldsnijders in het begin van de zeventiende eeuw. Een terreinverkenning, in het bijzonder aangaande Jan van Steffeswert”, bijdrage van Th. J. van Rensch in “Laat-gotische beeldsnijkunst uit Limburg en grensland. Deel 2. Handelingen van het symposium” (Sint-Truiden, 1992)
4)    “Op de drempel van een nieuwe tijd: de Maastrichtse beeldsnijder Jan van Steffeswert, voor 1470 – na 1525” door P. te Poel e.a. (Maastricht, 2000)
5)    “Familienamen in Limburg” door J. Crott, bewerkt door J. Hoen (Geleen, 1995)