2011
SCHOENMAKER, BLIJF BIJ JE LEEST
Har Rutten
Schoenmaker, blijf bij je leest…….. Dat heeft de familie Engelen in Stevensweert gedaan, bijna een eeuw lang! Op 31 december 2011 deed Frans Engelen de deur van de schoenmakerij voorgoed dicht. Op een rustige avond in januari 2012 vertelde hij ons het volgende.
Peter Hubertus Engelen (roepnaam Pierre), de vader van Frans, werd in Stevensweert geboren op 14 juli 1896. Na de lagere school leerde hij het maatschoenmakersvak in Wessem, Sevenum en Venlo. Dat laatste betekende voor Pierre in de kost gaan en één keer per drie weken enkele dagen naar huis.
Na het verkrijgen van de benodigde diploma’s startte Pierre in 1920 met een eigen schoenmakerij in zijn geboortedorp. Daarvoor kocht hij een huis in het gehucht Eiland, gelegen naast zijn geboortehuis. Een gedeelte van het gebouw, boven de kelder, werd ingericht als werkplaats met een eigen ingang. In 1942 huwde hij met Anna Vos, eveneens geboren in Stevensweert.
Het maken van schoenen was in die tijd niet meer alleen handwerk, er werden door Pierre ook machines aangeschaft. Een van de eerste was een stikmachine, vervaardigd door de bekende Singerfabriek. Voor de elektrische machines moest een speciale kabel worden aangelegd, voorheen werkten ze op stoom.
De grotere machines werden met behulp van aandrijfriemen door de elektrische motor op gang gebracht. Dat was aanvankelijk een echte bezienswaardigheid!
Het leer kocht Pierre Engelen van groothandelaren die aanvankelijk met bakfiets maar later met auto’s aan de deur kwamen. Aan eigen huis kon Pierre dan uit de voorraad kiezen wat hij nodig dacht te hebben. Een leverancier waar veel zaken mee werden gedaan, was de firma Boomsma & van Hettema uit Tilburg. Dichter aan huis bevonden zich de firma’s Jos. Schins & Zonen uit Heerlen en Wagemans uit Sittard. Schins werd bij zijn bezoeken aan Stevensweert soms vergezeld van zijn zoontje Bert, inmiddels zo’n zeventig jaar oud! De zonen van Bert hebben nu een groothandel in leder en schoenfournituren op Industriepark “De Horsel” in Nuth. Frans Engelen vertelt dat hij nog altijd contact onderhoudt met Bert Schins die overigens, ondanks zijn leeftijd, elke dag in de zaak te Nuth aanwezig is!
Hoe ging het maken van maatschoenen in zijn werk?
Iedereen kon bij Pierre Engelen passende schoenen laten maken naar zijn eigen maat. Voor de kinderen liefst een maatje te groot, vanwege de groei! Voor elke klant maakte Pierre daarom een eigen houten leest waarbij ook nog verschil mogelijk was tussen linker- en rechtervoet. Kleine aanpassingen waren mogelijk door het aanbrengen van plaatselijke verdikkingen of verhogingen op de basisleest. Frans herinnert zich nog dat bij zijn vader al die leesten (met het eigen persoonlijke nummer van de klant) aan de zolderbalken hingen. De nummers correspondeerden met de namen van de klanten die in een apart boek waren genoteerd, het zogenaamde leestenboek.
Extra klandizie.
Naast de klanten uit de eigen woonplaats en omgeving kreeg Pierre in de beginperiode van zijn schoenmakerij nog extra klandizie die natuurlijk zeer welkom was. In de jaren twintig van de vorige eeuw werd namelijk tussen Maastricht en Maasbracht het Julianakanaal gegraven. Diverse werklieden die o.a. waren aangetrokken uit het noorden van het land, gingen in Stevensweert in de kost. Zij droegen, vanwege het veelvuldig staan in water en modder, apart schoeisel. Dat waren vetleren schoenen met gepende leren zolen en voorzien van een watertong. Rubberen laarzen waren er nog niet, dus de werkschoenen moesten waterdicht zijn!
Het kopen van nieuwe schoenen werd door de meeste mensen zo lang mogelijk uitgesteld. Om slijtage te vertragen, werden de hakken van veel schoenen voorzien van een ijzeren versteviging. Onder de punt van de schoen was vaak ook nog een ijzeren stootplaatje bevestigd (handig bij het tapdansen!). Het plaatsen van een nieuw voorstuk op een oude schoen werkte natuurlijk ook kostenbesparend. De voorste punten van de schoenen hadden natuurlijk het meeste te lijden en waren dus ook het eerste versleten. Geen nood, de “tuppen”werden weggesneden en de schoenen konden in het zomerseizoen nog een tijdje worden gebruikt als sandalen!
Meestal werd er niet contant afgerekend. Reparaties werden in een speciaal boek genoteerd en de klanten kregen dan tweemaal per jaar een rekening toegestuurd. Op zeker moment kwam daarin verandering, getuige een keurig getypt briefje bestemd voor de klantenkring:
Geachte Cliënten!
Wij zijn van overheidswege verplicht bij ieder reparatie-werk een nota uit te geven. Deze nota dient tevens voor bewijs van betaling. Nu is het ons niet meer mogelijk op rekening te werken en zijn wij genoodzaakt alle werkzaamheden à contant af te leveren.
Reparatie-werk wordt alléén ’s Maandags aangenomen. Afhalen alléén ’s Zaterdags. Afwerken geschiedt volgens volgnummer van inkomen.
Tevens laten wij U weten dat de werkplaats alléén ’s Maandags en ’s Zaterdags geopend is van 9 – 12 uur en van 1½ – 7 uur.
U bij voorbaat dankend voor verdere medewerking verblijven wij,
Aanbevelend,
P.H. Engelen.
Electrische Schoenmakerij.
Er waren in de schoenmakerij ook knechten en leerlingen werkzaam, zoals Harrie Steskens uit Roosteren, Thei Mangels uit Ohé en Laak en Huub Coenen uit Stevensweert. Zij leerden bij Pierre het vak en kregen bij vertrek ook een getypt getuigschrift mee:
GETUIGSCHRIFT
Ondergetekende P.H. Engelen, Eiland 25 te Stevensweert verklaart dat H.L. Coenen, Eiland 42 te Stevensweert bij mij 7½ jaar ter opleiding is geweest voor het vakdiploma A, schoenhersteller en deze al die jaren tot mijn grote tevredenheid gewerkt heeft.
Inmiddels dank ik hem voor al zijn bewezen diensten en wens hem van harte een goede standplaats toe en het geluk hem op die nieuwe plaats moge dienen.
Nov. 1947.
In 1964 bouwde Pierre een nieuwe woning, vóór het oude huis waarin de schoenmakerij gevestigd was. Enkele jaren eerder had Jan, de oudste zoon, de werkplaats overgenomen en verbouwd. Ook kwam er in 1965 een winkel bij waarin kant en klare heren-, dames- en kinderschoenen werden verkocht, inclusief alle fournituren die daarbij van nut zijn (schoensmeer, veters e.d.). Jan specialiseerde zich verder in de orthopedische schoenmakerij en behaalde na een studie in Den Bosch in 1971 zijn diploma. In 1969 startte Jan een eigen bedrijf in de Herderstraat te Echt, vanaf 2006 voortgezet onder de naam “Orthopedische Schoentechniek Engelen-Bänziger”.
Het schoenmakersbedrijf in Stevensweert werd in 1966 overgenomen door zoon Frans, tot 1976 als volledig schoenmaker en vanaf dat jaar in combinatie met zijn werk als conciërge aan een scholengemeenschap in Roermond. Na 32 jaar maakte hij in 2009 gebruik van de VUT-regeling. De schoenmakerij inclusief winkel hield hij open.
De klantenkring was nog altijd groot. Niet alleen de mensen van Stevensweert en Ohé en Laak wisten hem te vinden maar ook waren er veel klanten uit de regio (bijv. uit omliggende plaatsen als Echt, Maasbracht, Pey en Koningsbosch).
Het toppunt van service: de kapotte schoenen op zaterdagmorgen brengen waarna Frans er voor zorgde dat je ze diezelfde dag laat in de middag weer kon ophalen, deskundig gerepareerd!
Op 16 augustus 2011 werd Frans 65 jaar en dat betekende voor hem, na 45 jaar “trouw aan de leest te zijn gebleven”, stoppen met het schoenmakersvak. Een emotionele beslissing!
De sluiting van de schoenmakerij werd aangekondigd in de plaatselijke blaadjes.
Veel mensen maakten van de gelegenheid gebruik om nog snel een of meerdere schoenen te laten repareren. Het waren voor Frans nog zeer drukke dagen, zo kort voor Nieuwjaar!
Tijdens die laatste dagen werd Frans vele keren bedankt met een hartelijk woordje of een cadeautje: attenties van zijn trouwe klanten die hiermee hun waardering lieten blijken. Het deed hem goed!
Op zaterdag 31 december, de laatste dag van het jaar 2011, was het dan zo ver. Voor de laatste maal zag je mensen in en uit lopen voordat de deur om 17.00 uur definitief gesloten werd.
Na 91 jaar was er een einde gekomen aan Schoenmakerij Engelen te Stevensweert……
Har Rutten