2011

ONTHULLING INFORMATIEBORD

J.H.M. Richter

ONTHULLING INFORMATIEBORD BIJ HET GEBOORTEHUISJE VAN CATHARINA DAEMEN – MOEDER MAGDALENA TE OHE EN LAAK OP 7 AUGUSTUS 2011
In 2008 vierde onze vereniging samen met de Stichting Streekmuseum Stevensweert / Ohé en Laak het 25-jarig jubileum. In het kader hiervan werd het initiatief genomen een informatiebord te plaatsen op het voormalige terrein van kasteel Walburg. De plannen hiertoe waren al vergevorderd toen toch uiteindelijk gekozen werd om het informatiebord te plaatsen bij het geboortehuisje van Catharina Daemen of zoals haar kloosternaam luidde Moeder Magdalena. Gekozen werd voor 7 augustus haar sterfdag, nu 153 jaar geleden.


WELKOM.
Voorzitter Hans Richter heet op deze zonnige zondagochtend de genodigden van harte welkom. Een bijzonder woord van welkom aan een delegatie van de Nederlandse Provincie van de congregatie Zusters Franciscanessen vertegenwoordigd door Zuster Magdaleni Filbry en de heer Frenken, vergezeld door zijn echtgenote, hoofd economische en administratieve dienst van de Zusters Franciscanessen. Het is voor ons een bijzonder genoegen u te mogen begroeten en wij waarderen het ten zeerste dat u aan onze uitnodiging gehoor hebt gegeven.
Verder heet ik welkom:
oud-voorzitter en ere-bestuurslid van onze vereniging de heer Bert Mooren. In zijn functie van voorzitter was hij nauw betrokken bij de realisatie van dit project,
de heer Jan-Berend van Calker, die de Rabobank Roermond-Echt vertegenwoordigt, die het financieel mogelijk hebben gemaakt dit bord te plaatsen,
de families Peulen-Smeets en Van Laar-Peulen. Moeder Peulen had de zorg over het huisje en zij beheerde de sleutel, een taak die door haar kinderen werd overgenomen,
de bestuursleden van het Streekmuseum Stevensweert / Ohé en Laak, vergezeld door hun partners,
de bestuursleden van Amici Insulae, eveneeens met hun partners,
de stadsgidsen Stevensweert / Ohé en Laak.

OPENINGSWOORD DOOR DE VOORZITTER.
Ik geef u een korte schets hoe een en ander gelopen is; hoe lang en langdurig de weg geweest is, voordat uiteindelijk vanmorgen tot de onthulling van dit bord kan worden overgegaan.
    
In het kader van het 25-jarig bestaan van onze vereniging Amici Insulae en de stichting Streekmuseum Stevensweert / Ohé en Laak in 2008 besloot het bestuur van Amici Insulae om op het terrein van kasteel Walburg een informatiebord te plaatsen. Een werkgroep ging aan de slag om dit initiatief verder uit te werken, waarbij het kostenaspect niet uit het oog verloren mocht worden. Wie zou in de kosten kunnen anticiperen? Geluk zit soms in een kleine hoek en uit een onverwachte hoek diende zich een eventuele medefinancier aan.

In juni 2008 ontving het Amici-bestuur namelijk een schrijven van de Rabobank Echt e.o. met als onderwerp het Rabobank Stimuleringsfonds, opgericht vanuit haar betrokkenheid bij de lokale gemeenschap, met als doel lokale non-profit organisaties met een financiële bijdrage te helpen om initiatieven van de grond te krijgen, die anders misschien geen kans van slagen zouden hebben. Projecten konden worden ingediend die vervolgens door een werkgroep werden beoordeeld.
Het was in onze ogen een interessant initiatief maar we wisten niet goed hoe invulling te geven aan de 17 punten waaraan een aanvraag en/of project moest voldoen.
Echter door het niet-nalatend enthousiasme van ons bestuurslid Jan-Berend van Calker, werkzaam op de Rabobank, werd alsnog in rap tempo van twee weken - om de sluitingsdatum 1 augustus te halen - een projectbeschrijving met kostenplaatje gemaakt en ingediend onder het motto: “Nee heb je, ja kun je krijgen” of “Wie niet waagt, die niet wint” of “Niet geschoten, is altijd mis”!

Het resultaat mocht er zijn. Het bestuur kreeg de vererende uitnodiging om op 20 oktober 2008 aanwezig te zijn op de algemene ledenvergadering van de Rabobank Echt e.o. in de Harmoniezaal te Linne. Vijf lokale initiatieven werden met een financiële bijdrage uit het Rabobank Stimuleringsfonds gehonoreerd. Voor onze vereniging was geen hoofdprijs weggelegd, hoefde ook niet, doch vanwege haar 110-jarig bestaan van de Rabobank werden twee inzendingen extra gehonoreerd met een bedrag van € 1500,--. Onze vereniging was één van de gelukkigen. Voorzitter Mooren nam met grote dank de cheque in ontvangst. In zijn dankwoord ging hij uitvoerig in op het belang van het project, waarvoor dit bedrag besteed gaat worden.

De zoektocht naar de eigenaar van het terrein van Walburg bracht ons bij Natuurmonumenten. Er werden contacten gelegd. Het proces verliep echter traag maar op vrijdag 9 oktober 2009 (bijna 1 jaar later) troffen voorzitter Bert Mooren, secretaris Hans Richter, museumconservator Har Rutten en de heren Suilen en Joosten van Natuurmonumenten zich in het museum rond de maquette van kasteel Walburg. Har Rutten gaf tekst en uitleg over de historie van dit gebied en gaf de plek aan waar het bord geplaatst zou moeten worden.
De heer Suilen zegde zijn medewerking toe. Hij stelde zelfs voor om voorzieningen te treffen zodat de loslopende runderen met hun logge lijf het bord niet omver gaan lopen; hekken en een wildrooster zouden geplaatst c.q. aangelegd moeten worden.

De heer Suilen was zo onder de indruk van de historische kennis van Har Rutten dat hij hem verzocht zitting te willen nemen in een werkgroep die de herinrichting van dit gebied ter hand gaat nemen. Als lid van deze herinrichtingswerkgroep kan de heer Rutten de herinrichting van dit gebied dusdanig begeleiden dat bepaalde onderdelen op een historisch verantwoorde manier kunnen worden teruggebracht.
    
Intussen was het weer afwachten. In maart 2010 vond er een eerste vergadering plaats van de werkgroep die de herinrichting van het Walburgterrein ging voorbereiden. Van deze eerste bijeenkomst deed de heer Har Rutten op onze bestuursvergadering verslag. Hij zei dat
Natuurmonumenten ook informatieborden op het terrein zal willen plaatsen, waardoor een informatiestroom op gang komt die omvangrijker is dan de onze. Wij als bestuur vroegen ons af of het wel zin heeft door te gaan met het plaatsen van een infobord met informatie over  Walburg.  
Tijdens de bestuursvergadering namen we het besluit dat we moesten gaan uitzien naar een nieuwe bestemming. En zie daar GOD ZAL VOORZIEN.
Het bestuur kwam met een eensluidend voorstel om het bord te plaatsen bij het geboortehuisje van Catharina Daemen (Moeder Magdalena) te Ohé en Laak.
Via zuster Chrétienne Nibbelke werd een eerste contact gelegd en na een bezoek bij haar in Heythuysen ging het balletje rollen. Het Provinciaal Bestuur van de Zusters Franciscanessen en de heer Frenken hadden hiermee bemoeienis. Toen eenmaal het balletje ook hier was uitgerold, werd de opdracht gegeven om het bord te maken.

Alles werd in het werk gesteld om het bord tijdig geplaatst te krijgen zodat het op de sterfdag van Moeder Magdalena, 7 augustus, onthuld kon worden; zonder hekken en zonder wildrooster.
Het heeft eindelijk zijn bestemming bereikt en om met de woorden van Moeder Magdalena te spreken: GOD ZAL VOORZIEN of GOD HEEFT ERIN VOORZIEN.

Ik eindig met dank uit te spreken aan u allen voor uw aanwezigheid bij deze korte plechtigheid, onze dank aan de Rabobank Roermond-Echt (voorheen Rabo-bank Echt e.o.) voor het mogelijk maken via de financiële injectie. Hun logo is op het informatiebord afgebeeld, evenals het logo van Amici Insulae.
Ook zijn wij dank verschuldigd aan Gérard Rutten, die het ontwerp voor dit bord gemaakt heeft.
Ik dank u voor uw aandacht.

Hierna verzocht de voorzitter zuster Magdaleni Filbry een korte levensbeschrijving te geven van Moeder Magdalena. Deze is hieronder afgedrukt.

Moeder Magdalena werd op 19 november 1787 in dit huisje geboren als Maria Catharina Daemen, dochter van Cornelis Daemen en Gertrudis van Bree. Na drie jaar werd ook nog een dochter Trieneke geboren. In tegenstelling met de levenslustige Trieneke was Catharina zeer ingekeerd, zodat haar vader verzuchtte: Men kan u haast niet voor het werk gebruiken, omdat ge altijd staat te dromen. Zoals gewoonlijk in deze tijd ging zij op 15-jarige leeftijd in huishoudelijke betrekking en wel in Maaseik in België, twee uur lopen van de Laak, eerst in een gezin, later aan de pastorie.

Van daaruit maakte zij via de Paters Capucijnen kennis met de seculiere derde orde van Franciscus. Op 29-jarige leeftijd legde zij op 12 oktober 1817 haar professie af in de wereldlijke Derde Orde van Franciscus. Met drie andere tertiarissen ging zij in Maaseik samenwonen en maakte  zich verdienstelijk voor de mensen in Maaseik.

Pastoor Van der Zandt, voorheen te Maaseik en thans in Heythuysen, vroeg in 1827 bij het viertal om hulp van twee personen in zijn parochie. Tegen zijn zin in was het Catharina Daemen die op zijn vraag inging en per huifkar 25 km van Maaseik naar Heythuysen kwam. Bij haar aankomst verzuchtte hij duidelijk: Die hadden ze ook wel kunnen houden. Haar bekwaamheid trok de jeugd niet maar haar stichtend leven in Franciscaanse geest wel en ze leerde de kinderen en sprak met hen over God en maakte zich verdienstelijk bij de bevolking door te zorgen voor en te waken bij de mensen.

Dit stichtende voorbeeld deed nog drie vrouwen haar vragen om zich bij haar aan te mogen sluiten en zij bouwden eigenhandig hun woning midden in Heythuysen. Bij de vraag: Hoe komen we aan materiaal? kwam steeds naar voren: God zal erin voorzien! Een gezegde dat de lijfspreuk van onze Congregatie is geworden. In 1827 trok Catharina met haar gezellinnen naar Maaseik waar ook zij als tertiarissen van Franciscus haar geloften aflegden. Acht jaar woonden zij in dit zelf gebouwde huis tot zij in 1835 achteraf in Heythuysen “De Kreppel”, een verlaten landgoed ontdekten en bij het zien daarvan zei Catharina: Dit is het huis dat ik gezien heb, hier moet ik zijn. Hier wil de goede God mij hebben.

Na veelvuldig verzoek aan Mgr. Van Bommel, bisschop van Luik, om een klooster te stichten, betrok zij met haar gezellinnen op 10 mei 1835 “De Kreppel” en werd de stichting van de Zusters Franciscanessen van Barmhartigheid en Christelijke liefde een feit.
In 1836 ontvingen de zusters het habijt en kozen zich een naam. Catharina Daemen werd Magdalena. Haar charisma en Franciscaanse spiritualiteit bleven haar steeds onderscheiden: eenvoud, nederigheid en Godsvertrouwen. Toen zij in 1858 stierf, vandaag 153 jaar geleden, telde de Congregatie reeds 17 huizen, thans is dit zaadje wereldwijd uitgegroeid en wereldwijd verspreid, verdeeld in 10 provincies, gespreid ovder 4 werelddelen: Europa, Azië, Amerika en Afrika met missiegebieden in Guatamala, Mexico en Wit-Rusland.

Vanuit alle richtingen komen geregeld zusters het erfgoed van Moeder Magdalena, onze stichteres, bezoeken, dus allereerst het geboortehuisje waar het zaad ontkiemde van onze Congregatie.
De Congregatie bedankt de vereniging “Amici Insulae” voor het aanbrengen van dit informatiebord bij het geboortehuisje van haar stichteres Moeder Magdalena. De Laak heeft hierdoor een wereldwijde bekendheid verworven.
Ik dank u.

De voorzitter nodigde vervolgens zuster Magdaleni Filbry uit om het informatiebord te onthullen.

Na de onthulling werd een kort bezoek gebracht aan het geboortehuisje.
    
Om deze plechtigheid af te sluiten werd in zaal Bongaarts een gezellige nazit gehouden.
Onze vereniging kan terugkijken op een korte doch zeer sfeervolle plechtigheid.

Vele voorbijrijdende fietsers en bezoekers aan ons Eiland in de Maas zullen door dit informatiebord herinnerd blijven worden aan deze inspirerende kloosterzuster die haar diepgewortelde geloof vond op het eiland in de Maas.

                                        


J.H.M. Richter,
voorzitter