Pater Sangers, honderd jaar geleden geboren

Zondag 18 januari 2015 was het honderd jaar geleden, dat één van onze grootste Maaslanders en Limburgers, Pater Willem Sangers, werd geboren.
Ofschoon hij al 29 jaar geleden geheel onverwacht uit ons midden werd weggenomen, is het toch belangrijk om hem in het Jaarboek 2015 van de Amici Insulae te gedenken. Sterker nog, het Jaarboek 2015 is de plaats bij uitstek om Pater Sangers in de herinnering op te roepen. Want als iemand op zeer bijzondere wijze zijn ongekend grote aanhang op de grote betekenis van de Limburgse historie en volkscultuur heeft gewezen, was dat ongetwijfeld Pater Sangers.

In dat opzicht zie ik hem als “de Apostel van het Maasland”; het Maasland, dat voor hem verder reikte dan de dijken langs de rivier en zich uitstrekte over de hele Euregio Maas-Rijn.

Pater Sangers, historicus en volkskundige

PaterSangers1

Schrijvend over Pater Sangers, heb ik mij allereerst de vraag gesteld, welke vonk bij iemand moet overslaan om zo geïnteresseerd te raken in de geschiedenis van de eigen plaats en de verre omgeving daarvan. Zeker weten doe ik dat natuurlijk niet, maar toch ben ik ervan overtuigd, dat de vonk naar het verleden van iemands geboortestreek in de eerste levensjaren moet overslaan, om het vuur levenslang brandend te houden.

Ik denk in dit verband, zekerheid daarover heb ik natuurlijk niet, dat indrukken uit zijn jeugdjaren voor Pater Sangers van zeer grote betekenis zijn geweest voor zijn roeping tot priester en zijn latere werk als leraar geschiedenis en wel om verschillende redenen.
Allereerst werd Pater Sangers geboren op een historische plek, de Hompesche molen dicht bij het oude vestingstadje Stevensweert; een unieke locatie in het Limburgse land. Die aparte sfeer proeft men daar nog steeds bij elk bezoek dat men brengt aan het “Eiland in de Maas”.

De geschiedenis is daar, net als in het verder weg gelegen Thorn, als het ware verankerd in straten en historische panden. Die sfeer heeft Pater Sangers in zijn greep gehouden en is ongetwijfeld sterk bepalend geweest voor de keuze van Maaseik, één van de mooiste steden langs de Maas, om daar zijn middelbare studies te voltooien. Maaseik, zijn tweede vaderstad, waarover hij eertijds zo boeiend kon vertellen tijdens zijn radiopraatjes op de zondagmorgen.

Dat brengt mij tot de overtuiging, dat Pater Sangers van kindsbeen af voorbestemd was zich te verdiepen in de historie van het Maasland met zijn leef luuj en zijn schitterende dorpen en steden, om vervolgens daarvan levenslang getuigenis af te leggen.
Dat bracht hem tot het besluit, om na zijn middelbare studie bij de Kruisheren in Maaseik en zijn priesteropleiding in Diest, geschiedenis te gaan studeren aan de Katholieke Universiteit van Leuven, om daarna terug te keren naar Maaseik, de historische parel aan de Maas, waar hij leraar geschiedenis werd aan het Kruisherencollege.

Vanuit Maaseik heeft hij zich naast zijn dagtaak onafgebroken en op zeer bijzondere veelal humoristische wijze ingezet om de bijzondere betekenis van de geschiedenis en de volkscultuur van het Maasland en het voor hem ondeelbare Groot-Limburg uit te dragen.
Met andere woorden: Zonder de tomeloze inzet van Pater Sangers zouden niet zoveel mensen geïnteresseerd zijn geraakt in de geschiedenis van plaats en streek, om vervolgens zelf op onderzoek uit te gaan en de resultaten daarvan vast te leggen in een nog steeds aanhoudende reeks publicaties.
Immers toen Pater Sangers als Licentiaat Geschiedenis terugkeerde in Maaseik waren er slechts enkele personen, die geïnteresseerd waren in de plaatselijke of regionale geschiedenis, zoals Kanunnik Dr, J. Coenen uit Maaseik, Ad Welters uit Echt en Dolf Simonis uit Sittard.
Gemeentelijk archiefinstellingen hadden nauwelijks de beschikking over goed opgeleide archivarissen, terwijl de Rijksarchivarissen in Maastricht en Hasselt tijd tekort kwamen om uitgebreid onderzoek te verrichten naar het verleden van plaats en streek. Onderwijzers van dorps- en stadsscholen schonken veelal weinig of geen aandacht aan de locale- of streekgeschiedenis, of het ontbrak hun aan kennis en inzicht daarvan. Daarnaast was geschikte historische literatuur over plaats en regio nauwelijks voorhanden.

Pater Sangers, vaak samen met zijn evenknie Dolf Simonis uit Sittard, is vanaf de vijftiger jaren van de vorige eeuw aan een karwei begonnen om de streekgeschiedenis tot leven te brengen, middels tal van lezingen en publicaties die tot de dag van vandaag nog gelden als belangrijke naslagwerken.

Hij beschikte daarbij over twee bijzondere eigenschappen die hij ten volle benutte. Dat was allereerst de gave van het woord. Hij was buitengewoon welsprekend en hield zijn toespraken in het dialect, de taal van zijn toehoorders. Meesterlijk was de humor waarmee hij zijn voordrachten wist te kruiden.

PaterSangers2
Pater Sangers krijgt in 1966 een onderscheiding
van carnavalsvereniging De Leefhöbbers in Stevensweert.
        Rechts: prins Jo Dekkers, links: Jan Cuijpers

Apostel van het Maasland
Door zijn onnavolgbaar sprekerstalent was hij een veel gevraagd causeur die daardoor de geschiedenis en volkscultuur dicht bij de mensen bracht.
Zo kreeg hij keer op keer de gelegenheid om heel veel mensen in aanraking te brengen met het verleden van de eigen plaats en streek.
Zijn vele toespraken en de boodschap die hij daarin wist te leggen, maakten hem tot een “Zwerver langs ’s Heren wegen” en de “Apostel van het Maasland”, de pleitbezorger bij uitstek voor de betekenis van de Limburgse historie en volkscultuur die eeuwenlang zeer onderbelicht waren.
Zijn voordrachten en geschriften werkten zo aanstekelijk dat velen zich geroepen voelden zelf op onderzoek uit te gaan naar de afkomst van hun familie, of naar de geschiedenis van de eigen woonplaats en omgeving.
De oogst van zijn activiteiten op het gebied van de lokale- c.q. streekhistorie en de volkscultuur werd vastgelegd in ongekend veel boeken, brochures en tijdschriften die in 1981 werden geschat op enkele honderden exemplaren.
Daarnaast bood Pater Sangers tientallen schrijvers van historische artikelen ruim de gelegenheid hun geschriften vast te leggen in een drietal belangrijke historische reeksen,
te weten:
Maaslandse Sprokkelingen, Kruimels langs de Maas en Cultuurdragers van het Maasland.

PaterSangers3

Pater Sangers (rechts) tijdens de feestelijke mis in Stevensweert
bij gelegenheid van de gouden bruiloft van zijn ouders in 1955.
In het midden pastoor Habets.

“Kardinaal” van Siemkensheuvel
Historisch van zeer groot belang was zijn zorg voor de bewoners van “Siemkensheuvel” met zijn woonwagens, kerk en school was zijn vreugde en zijn trots! Het werd zijn levenswerk, waarmee hij de aanzet gaf voor de zorg voor woonwagenbewoners in Vlaanderen.
Niet ten onrechte werd hij daarom in de volksmond wel “Kardinaal van Siemkensheuvel” genoemd.
Bij deze eenvoudige en ongekunstelde mensen, zijn “zwervers langs ’s Heren wege”, voelde hij zich bijzonder thuis. Hun bargoens en hun handelsgeest hadden voor hem geen geheimen; in hun kinderen waardeerde hij hun openheid en levensdrift. Door zijn aangeboren Bruegheliaanse geest wist hij de goede gaven van het leven te waarderen als geen ander. “Priesterleven is offerleven, maar het leven van een priester valt nog mee”, zei hij soms schertsend. Het was de neerslag van zijn gezond geestelijk evenwicht, dat hij in zijn vele voordrachten en homilies bij zijn toehoorders probeerde over te brengen.

Tot besluit
Mijn bijdrage aan het Jaarboek 2015 afsluitend, kom ik tot de vaststelling dat Pater Sangers de grote na-oorlogse pionier is geweest op het gebied van het onderzoek naar en het beschrijving van de grensoverschrijdende geschiedenis van Limburg in al zijn onderdelen. Daardoor heeft hij Limburg in het algemeen en het Maasland in het bijzonder de plaats gegeven die het uit historisch oogpunt verdient, namelijk één van de belangrijkste en oudste cultuurgebieden van de Euregio die in het verleden zeer ten onrechte door politieke grenzen verdeeld raakte en die in Euregionaal verband weer bij elkaar gebracht dient te worden.

Uit groot respect en uit dank voor het pionierswerk van Pater Sangers en de mooie jaren waarin ik hem regelmatig mocht ontmoeten, heb ik bij zijn onverwachte heengaan het volgende gedicht aan hem gewijd.


          ZIEN TESTAMENT

          Hae is veur ’t lès nao Heppenaert gegange
          en rös dao noe bie Ózelevevrouw.
          En die altied óm h’m höbbe gesjtange
          volgd’n h’m langs de Maas in depe rouw.

          “Wo in ’t brónsgreun eikehout”
          höbbe ze es aafsjeid nog gezónge.
          ’t Lache óm ziene humor zach, soms sjtout,
          waor hun vergange; sjtief waore hun tónge!
          Dae kolossale eik waor ónverwach gevalle,
          es in ’ne sjtórm op ’ne zomernach.
          Weer zulle ’m neet mieë huëre kalle
          euver Limburg in zien bónjte prach.

          Mer wat ’r ós, es waor ’t zien testament,
          nog zègke wilt, noe d’r veur ummer zjwig
          is: “Leef luuj, versjtaot uch, zeet kóntent
          en hawt eur ouge op ‘s Levenhieër en Limburg gerich!”
                                                     Jean Knoors

Pater Sangers

Graf te Heppeneert